‘De transitie moeten we echt samen doen’
Gertjan de Werk
Gertjan de Werk, projectleider van de CityDeal Circulair en Conceptueel Bouwen, ziet dat al veel organisaties bezig zijn met circulair bouwen. “Als je de mogelijkheden ziet, die er zijn voor opschaling, kan het de komende tijd serieus hard gaan. We moeten nu zorgen dat de goede voorbeelden de basis zijn voor opschaling.” Een gesprek over nut en noodzaak van pilots en het belang van samenwerken. “Dit is het jaar van verbinden. We moeten het echt samen doen.”
Met de CityDeal Circulair en Conceptueel Bouwen leveren de deelnemers een bijdrage aan de transitie naar een circulaire bouweconomie met de focus op de woningbouwopgave. De CityDeal is inmiddels door meer dan 100 partijen uit de keten ondertekend: variërend van Rijksoverheid tot provincies tot gemeenten, kennisinstellingen, woningcorporaties, ontwikkelaars, brancheorganisaties en industriële bouwers. Aan het meedoen aan de CityDeal kleven wel een paar voorwaarden. Zo moeten gemeenten een gebied aanwijzen waar minimaal vijftig circulaire en conceptuele woningen moeten komen. En men moet Het Nieuwe Normaal onderschrijven. Gerjan de Werk: “Het Nieuwe Normaal is voor de CityDeal de taal die we voor circulair bouwen gebruiken. En daarmee dus voor alle partners die de deal hebben ondertekend. Daar houden we ze ook aan."
“'Het Nieuwe Normaal is voor de CityDeal de taal die we voor circulair bouwen gebruiken'
Hij vervolgt: "Als je het hebt over duurzaam bouwen, dan hebben we er dertig tot veertig jaar over gedaan om het concreet te maken. En uiteindelijk hebben we nog steeds geen heldere definities met KPI’s. Er zijn nog heel veel partijen die er anders instaan, anders meten en anders sturen. Dat is voor de markt heel onhandig. Bij de CityDeal”, voegt hij er aan toe, “hebben we gezegd, er ligt Het Nieuwe Normaal met alle KPI’s die erbij horen en die gebruiken wij als taal. Dat betekent voordelen voor de bouwketen. Want dan kunnen we echt samen de schouders zetten onder bouwen met minimale milieu-impact. We gebruiken immers allemaal dezelfde grootheden en eenheden.”
Maximaal scoren
Hoe de opdrachtgevers daar uiteindelijk in de praktijk mee omgaan is verschillend. “Het kan betekenen dat ze hun ketenpartners vragen wat zij kunnen doen om maximaal te scoren op de verschillende KPI’s van het Het Nieuwe Normaal. Maar je ziet ook gemeenten of andere opdrachtgevers die een of meerdere thema’s uit Het Nieuwe Normaal kiezen. Ze geven dan aan dat ze die indicatoren als selectiecriteria in een aanbesteding of tender gebruiken.” De Werk constateert ook dat partijen al gerealiseerde projecten langs de meetlat van Het Nieuwe Normaal leggen. “Dat doen ze om te zien waar ze staan. Zo ontstaat er een nulmeting. Dat maakt bijvoorbeeld ook zichtbaar wat er in het eigen proces moet veranderen om circulair bouwen de nieuwe standaard te maken.”
“'Circulair bouwen en ontwerpen gaat heel erg over op het goede moment de goede vragen stellen en de data te hebben om (bij) te kunnen sturen'
Die projectevaluaties zijn uiteindelijk ook belangrijk om voor data te zorgen. “Circulair bouwen en ontwerpen gaat heel erg over op het goede moment de goede vragen stellen en de data te hebben om (bij) te kunnen sturen. Meten is weten. En op het moment dat je niet meer kunt sturen, weet je dat het niet goed is maar dat er ook niks meer valt te veranderen.” Dat komt volgens hem natuurlijk veel voor. “Zeker in het begin van deze transitie, waar me nu staan. En juist dat moet, maar leer ervan en verander iets in de organisatie, in de processen die nu de basis zijn van onze lineaire bouweconomie. Maak dus geen fouten voor niets.”
Kinderschoenen
Over een antwoord op de vraag waar circulair conceptueel bouwen nu staat, hoeft De Werk niet lang na te denken. “Wanneer je naar de praktijk kijkt, nog in de kinderschoenen. Als je echter naar organisaties kijkt en de mogelijkheden die daar zijn voor opschaling, zou het de komende tijd serieus hard kunnen gaan. Ik zie ook wel heel veel goede en mooie voorbeelden op het gebied van circulariteit. Waar we nu voor moeten gaan zorgen is dat het logisch wordt om die goede voorbeelden op te schalen.”
Pilots
Waar we volgens De Werk in elk geval van af moeten is het opzetten van pilots, zeker wanneer die een soort excuusprojecten zijn. “En dat zie ik best vaak gebeuren. Dan zeggen partijen ‘kijk we zijn er toch mee bezig?’ En daarmee schuiven ze de urgentie om hun bedrijfsprocessen aan te passen dus af. Ze kunnen namelijk wijzen naar een projectje dat ze hebben laten doen om iets te kunnen laten zien, dat leidt lekker af. Maar ze hebben er niets van geleerd. Ja, dat het veel moeite kostte en er veel anders was. Om circulair en conceptueel bouwen echt een stap verder te brengen moeten we stoppen met pilots om de pilots. Als je een pilot doet, bedenk dan eerst wat je in je organisatie wilt veranderen in je proces vanuit je ambitie, met een focus die bij je past. Bijvoorbeeld zo veel mogelijk biobased materialen, minimale uitstoot of zoveel mogelijk hergebruik. Dan ga je de pilot doen om te ontdekken wat je moet doen om die doelen te halen. Dan pas zet je een pilot goed in. Doe daarbij wel zo snel mogelijk een evaluatie op Het Nieuwe Normaal, dan kan je namelijk echt effectief (bij)sturen.”
“'Om circulair en conceptueel bouwen echt een stap verder te brengen moeten we stoppen met pilots om de pilots'
De Werk benadrukt dat als het gaat om circulair conceptueel bouwen je vooral het goede gesprek moet voeren. “Het is belangrijk dat we het hebben over het realiseren van leefomgevingen waar we gezond en gelukkig kunnen wonen. Daar zegt toch niemand nee tegen? Maar: hoe gaan we dat dan doen? Als je gezondheid in je ontwikkeling mee wilt nemen, dan wil je geen bouw op een bouwplaats die belachelijk veel fijnstof uitstoot. Dan wil je ook geen zwaar verkeer, want voor je het weet ligt je kind eronder en is de straat naar de gallemiezen. Ook al die piepschuimkorreltjes in de sloot zijn behoorlijk schadelijk voor het milieu. Dus al die dingen wil je niet. Met industrieel circulair bouwen, gaat de bouw sneller, heb je minder tot geen CO2-uitstoot, geen bouwafval, en zet je gezondere en betere huizen neer. Dus je lost in één keer een hoop problemen op. Dat is het gesprek dat we moeten voeren.”
Cirkelstad
De basis van CityDeal Circulair en Conceptueel Bouwen ligt bij Cirkelstad. Koplopers van Cirkelstad doen mee binnen de CityDeal en laten aan het netwerk zien dat circulair en conceptueel bouwen al goed kan. “We versterken elkaar. Zo kunnen we de kennis en ervaring van Cirkelstad gebruiken om het instrumentarium en beleid te beïnvloeden. Door aan beleidsmakers te laten zien: ‘het kan wel, alleen moet je andere vragen stellen of andere regels opstellen’.”
De CityDeal is nu alweer ruim twee jaar onderweg. Dat lijkt lang maar is in de ogen van De Werk nog pas het begin. “De eerste fase stond in het teken van het op orde brengen van de basis en iedereen op gelijke vlieghoogte te brengen. De fase waarin we nu zitten is werken met circulair bouwen. Elke organisatie die in de CityDeal zit moet dit jaar een gebiedsontwikkeling of bouwproject laten evalueren op Het Nieuwe Normaal.”
“'Dit jaar staat in mijn ogen ook heel erg in het teken van verbinden'
En er volgt nog een stap en die heeft alles te maken met de woondeals die in elke regio van Nederland worden gesloten. “Daarmee spreken regio’s met het ministerie van Binnenlandse Zaken af hoeveel woningen ze met welke kwaliteit neerzetten. Dat stukje kwaliteit gaat over biobased bouwen, circulair bouwen en industrieel bouwen. We gaan een programma maken om al die regio’s te ondersteunen met het borgen van die kwaliteit. Beter bekend als ‘toekomstbestendig bouwen’. En daarin proberen we elke partij een logische rol te geven. Dus Cirkelstad krijgt daarin een rol, maar bijvoorbeeld ook Binnenlandse Zaken, het Expertteam Woningbouw, De Bouwcampus, het Netwerk Conceptueel Bouwen en nog tal van andere organisaties. We doen dit dus echt samen.” Dan na een korte stilte zegt hij: "Dit jaar staat in mijn ogen dan ook heel erg in het teken van verbinden. Bij een transitie horen chaos en veel verschillende losse initiatieven. Die fase kunnen we nu voorbij door de handen ineen te slaan en echt samen te werken. En geloof mij, er is veel te veel te doen om ook maar enige vorm van concurrentie te laten ontstaan.”